De HEER zei tegen Abram:

‘Trek weg uit je land, verlaat je familie, verlaat ook je naaste verwanten, en ga naar het land dat Ik je zal wijzen.

Ik zal je tot een groot volk maken, Ik zal je zegenen, Ik zal je aanzien geven, een bron van zegen zul je zijn. Ik zal zegenen wie jou zegenen, wie jou bespot, zal Ik vervloeken. Alle volken op aarde zullen wensen gezegend te worden als jij.’

Abram ging uit Charan weg, zoals de HEER hem had opgedragen. Hij was toen vijfenzeventig jaar. Hij nam zijn vrouw Sarai mee en Lot, de zoon van zijn broer, en ook alle bezittingen die ze hadden verworven en de slaven en slavinnen die ze in Charan hadden verkregen. Zo gingen ze op weg naar Kanaän. Toen ze daar waren aangekomen, trok Abram het land door tot aan de eik van More, bij Sichem. In die tijd werd het land bewoond door de Kanaänieten. Maar de HEER verscheen aan Abram en zei:

‘Ik zal dit land aan jouw nakomelingen geven.’ Toen bouwde Abram op die plaats een altaar voor de HEER, die aan hem verschenen was. Daarvandaan trok hij naar het bergland dat oostelijk van Betel ligt, en ergens ten oosten van Betel en ten westen van Ai sloeg hij zijn tent op. Hij bouwde er een altaar voor de HEER en riep er Zijn naam aan. Steeds verder reisde Abram, in de richting van de Negev.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Genesis 17:15-27 Verbond tussen God en Abram 2
Genesis 48:1-12 Jakobs levenseinde 2
Genesis 14:14-24 Lot door Abram bevrijd 2
Genesis 3:14-24 De tuin van Eden 4
Genesis 11:27-32 Terach
Genesis 26:1-11 Isaak en Rebekka in Gerar 1
Genesis 26:23-33 Isaak en Rebekka in Gerar 3
Genesis 9:1-17 Noach 6
Genesis 4:1-16 Adams zonen 1
Genesis 21:22-34 Bondgenootschap met Abimelech
Genesis 45:1-9 Jozefs broers opnieuw in Egypte 7
Genesis 9:18-29 Noach 7
Genesis 26:34-35 Jakob ontneemt Esau de zegen 1
Genesis 13:2-18 Scheiding tussen Abram en Lot
Genesis 49:16-33 Jakobs levenseinde 5
Genesis 47:15-27 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 30:33-43 Jakob bij Laban 6
Genesis 49:1-15 Jakobs levenseinde 4
Genesis 11:10-26 Van Sem tot Abram
Genesis 19:15-26 Sodom en Gomorra 5
Genesis 21:1-13 Isaak en Ismaël 1
Genesis 23:1-9 Koop van een familiegraf 1
Genesis 38:24-30 Juda en Tamar 3
Genesis 33:18-20 Dina en Sichem 1
Genesis 24:15-30 Een vrouw voor Isaak 2
Genesis 2:1-4 De schepping van hemel en Aarde 3
Genesis 32:23-33 Jakob oog in oog met Esau 3
Genesis 39:9-20 Jozef en de vrouw van Potifar 2
Genesis 44:24-34 Jozefs broers opnieuw in Egypte 6
Genesis 19:27-38 Sodom en Gomorra 6
Genesis 46:31-34 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 39:1-8 Jozef en de vrouw van Potifar 1
Genesis 43:1-14 Jozefs broers opnieuw in Egypte 1
Genesis 43:15-25 Jozefs broers opnieuw in Egypte 2
Genesis 15:12-21 Abrams visioen 2
Genesis 12:10-20-13:1 Abram en Sarai in Egypte
Genesis 50:22-26 Jozefs dood
Genesis 40:16-23 De dromen van schenker en bakker ...
Genesis 30:19-32 Jakob bij Laban 5
Genesis 25:1-11 Abrahams levenseinde
Genesis 7:1-16 Noach 2
Genesis 41:17-33 De droom van de farao 2
Genesis 6:1-4 Vermenging van goden en mensen
Genesis 33:12-17 Jakob oog in oog met Esau 5
Genesis 31:17-30 Jakob bij Laban 8
Genesis 45:21-28 Jozefs broers opnieuw in Egypte 9
Genesis 24:1-14 Een vrouw voor Isaak 1
Genesis 46:1-15 Jakob met al zijn nakomelingen naa...
Genesis 19:1-14 Sodom en Gomorra 4
Genesis 16:1-16 De geboorte van Ismaël
Genesis 6:5-22 Noach 1
Genesis 18:23-33 Sodom en Gomorra 3
Genesis 36:20-30 Nakomelingen van Esau 2
Genesis 24:45-57 Een vrouw voor Isaak 4
Genesis 35:1-15 Jakob opnieuw in Betel 1
Genesis 1:1-19 De schepping van hemel en Aarde 1
Genesis 14:1-13 Lot door Abram bevrijd 1
Genesis 25:19-34 Jakob en Esau
Genesis 8:1-14 Noach 4
Genesis 11:1-9 Babel
Genesis 29:15-30 Jakob bij Laban 2
Genesis 7:17-24 Noach 3
Genesis 28:1-9 Jakob ontneemt Esau de zegen 5
Genesis 1:20-31 De schepping van hemel en Aarde 2
Genesis 15:1-11 Abrams visioen 1
Genesis 18:1-15 Sodom en Gomorra 1
Genesis 33:1-11 Jakob oog in oog met Esau 4
Genesis 22:20-24 Nakomelingen van Nachor
Genesis 47:28-31 Jakobs levenseinde 1
Genesis 44:14-23 Jozefs broers opnieuw in Egypte 5
0Shares